
In een klaslokaal vind je zelden twee leerlingen die precies hetzelfde leren, denken of presteren. Dat maakt differentiëren in het basisonderwijs niet alleen noodzakelijk, maar ook krachtig. Door onderwijs op maat te bieden, vergroot je de betrokkenheid, motivatie én leerresultaten van je leerlingen. Maar hoe pak je dat aan in de praktijk? In dit blog lees je er alles over.
Wat is differentiëren?
Differentiëren betekent dat je rekening houdt met verschillen tussen leerlingen. Die verschillen kunnen cognitief zijn (niveau), maar ook sociaal-emotioneel, in tempo, leerstijl of interesse. Je biedt niet voor elke leerling een apart programma aan, maar varieert in instructie, verwerking en begeleiding. Zo zorg je dat iedereen optimaal tot leren komt.
Instructie afstemmen op niveau
Een van de meest toegepaste vormen van differentiatie is het geven van verlengde instructie aan leerlingen die extra uitleg nodig hebben, terwijl andere leerlingen juist zelfstandig of verdiepend aan de slag kunnen. Door gebruik te maken van het EDI-model (expliciete directe instructie) kun je dit goed structureren: klassikale uitleg, check op begrip en daarna differentiatie in verwerking.
Leerlingen die sneller door de stof heengaan, bied je verrijkende of verdiepende opdrachten aan. Voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, pas je de inhoud of aanpak aan zonder het leerdoel los te laten.
Groeperen en zelfstandig werken
Flexibel groeperen is een effectieve manier om te differentiëren. Afhankelijk van het doel werk je in homogene groepen (zelfde niveau) of juist heterogeen (leerlingen leren van elkaar). Coöperatieve werkvormen stimuleren samenwerken en zijn goed inzetbaar bij thematisch werken of wereldoriëntatie.
Daarnaast is het belangrijk dat leerlingen leren zelfstandig te werken. Dat geeft jou ruimte om gerichte instructie te geven aan een kleine groep en versterkt bij leerlingen het gevoel van autonomie.
Differentiëren vraagt om voorbereiding
Goede differentiatie begint bij doordachte lesvoorbereiding. Dat betekent:
- Heldere leerdoelen formuleren
- Voorkennis activeren en checken
- Inschatten waar leerlingen staan
- Bewust kiezen voor variatie in werkvormen
- Werken met duidelijke week- of dagtaken
Gebruik observaties, toetsen en gesprekken om de behoeften van leerlingen scherp in beeld te krijgen. Deze gegevens helpen je bij het maken van gerichte keuzes.
Tempo en motivatie
Niet alleen het niveau, ook het leertempo en de motivatie van leerlingen verschilt. Sommige leerlingen hebben meer tijd nodig, anderen juist meer uitdaging. Differentiëren betekent dus ook dat je het tempo en de inhoud aanpast aan wat een leerling aankan en aankanleren.
Zorg ook voor keuzemogelijkheden in opdrachten of werkvormen. Dat stimuleert eigenaarschap en verhoogt de motivatie. Wanneer leerlingen invloed ervaren op hoe ze leren, gaan ze met meer plezier aan de slag.
Technologie als hulpmiddel
Digitale middelen kunnen het differentiëren in het basisonderwijs ondersteunen. Denk aan adaptieve software die automatisch het niveau aanpast, of het inzetten van devices voor extra instructie, verrijking of oefening. Let wel: technologie is geen doel op zich, maar een hulpmiddel. Jouw rol als leerkracht blijft cruciaal in het maken van keuzes die passen bij je klas.
Creëer een cultuur waarin verschillen normaal zijn
Differentiatie werkt het beste in een klas waarin het oké is om anders te zijn. Door open te praten over verschillen in leren en successen samen te vieren, ontstaat er wederzijds respect en waardering. Leerlingen leren dat iedereen zich ontwikkelt op zijn eigen manier – en dat dat goed is.
Wil jij je verder ontwikkelen in het afstemmen van onderwijs op verschillende niveaus? Of zoek je een werkomgeving waar differentiëren in het basisonderwijs écht mogelijk is? Bij DIT IS WIJS denken we graag met je mee. Samen zorgen we ervoor dat jij en je leerlingen het beste uit zichzelf halen. Neem contact met ons op voor de mogelijkheden!